Op zaterdag 3 januari 2015 stond een artikel van Hans en Aisha Oosterloo in de kranten van De Persdienst (o.a. de Gelderlander, de Stentor, Eindhovens Dagblad).
Hier de download: blz. 1 en blz. 2 van dit artikel.
Eerst een burgeroorlog en nu ebola. Niets blijft Siërra Leone bespaard. Op hulpverleners na hebben bijna alle buitenlanders het land verlaten, maar zendelingen Hans en Aisha Oosterloo blijven op hun post. „Ons geloof is alleen maar sterker geworden.
"Het valt niet mee om in deze situatie te zitten. Soms denk je dat het eigenlijk te gemakkelijk is; je doet bijna niets, alleenmaar wachten op informatie en op een betere toekomst. Maar je hart bloedt, want buiten de poort gebeurt er van alles. Iedere dag hoor je dat er zo'n vijftig mensen omgekomen zijn, je hoort de sirenes van de 'begrafeniscommando's', die vlakbij ons huis mensen begraven."
Voorgaande woorden e-mailde zendeling Hans Oosterloo (61) onlangs naar een Nederlandse vriendin vanuit Freetown, de hoofdstad van Siërra Leone. Met zijn vrouw Aisha woont en werkt Oosterloo in het door ebola zwaar getroffen land. Maar ze piekeren er niet over het land te verlaten. En met Gods steun houden ze het vol. Natuurlijk hebben burgeroorlog, ebola en ook persoonlijke omstandigheden hen soms doen wanhopen. „Ons geloof is op de proef gesteld en alleen maar sterker geworden", zegt Hans.„Als ik iets heb geleerd van alle verwoesting, is dat je moet investeren in mensen en niet in structuren en gebouwen. Ik vind het nog steeds het mooiste dat er is om mensen te onderwijzen, te helpen zichzelf te vinden, God te vinden en te groeien."God is de spil waarom het draait in het leven van Hans en Aisha Oosterloo.
Juist in deze moeilijke tijd. Het is bij Hans weieens anders geweest Hij groeide op in een Limburgs baptistengezin, maar keerde zich tijdens zijn studietijd in de roerige jaren zeventigvan het geloof af. De geschiedenisstudent werd een hippie, geschoold in Mao en Marx en fervent anti-christen.Maar hij was verre van gelukkig en keerde uiteindelijk terug in de schoot van het geloof. „Het geloof raakte me niet echt, totdat ik op mezelf was aangewezen", vertelt hij. Toen vielen de puzzelstukjes op hun plek. „Ik heb niet het idee dat God mijn leven regelt, maar wél dat er een plan achter zit en bepaalde ervaringen daarbij horen. Dat ik eerst de verkeerde kant op ben gegaan, was een voorbereiding op wat ik daarna ben gaan doen."
Hans wilde zijn hervonden geloof deel laten uitmaken van zijn dagelijkse bestaan. Dat viel in Nederland, met alle regels, niet mee. Via de baptistengemeente kreeg hij echter de kans om negen maanden als vrijwilliger te gaan werken in een oogkliniek in Siërra Leone. Afrika voelde als een warm bad. „Dat kwam aan de ene kant door het werk. Je kunt hier nog echt een verschil maken voor mensen. Maar het kwam ook door de mensen zelf. Die accepteren me, ondanks dat ik blank ben, als een van hen zonder eerst de kat uit de boom te kijken." Die ervaring maakte dat hij de gelegenheid om als zendeling terug te gaan naar Siërra Leone met beide handen aangreep.
Hij ging er werken als leraar op een middelbare school. Daar leerde hij Aisha kennen, de vrouw met wie hij zou trouwen.
Aisha (48) was net als de meeste inwoners van Siërra Leone moslim. De enige middelbare school in de wijde omtrek was de baptistenschool, dus ging ze daarnaartoe. Een vriendin haalde haar over een keer mee te gaan naar de jeugdgroep van school. Het was een plek waar ze met andere jongeren de bijbel las, praatte over hun geloofen waar vooral veel werd gezongen. Het bleef niet bij die ene keer. Aisha werd zo gegrepen door het nieuwe geloof, dat ze zich tot het christendom bekeerde. De eerste paar jaar ver zweeg ze haar bekering voor haar vader. Hij zou haar meteen van schoolhebben gehaald.
Tussen Hans en Aisha bloeide een romance op. Ze trouwden en verhuisden naar Lunsar, waar hij sindsdien verantwoordelijk is voor de financiën van de Baptisten Unie. In 1995 dwong het geweld van de burgeroorlog hen te vluchten naar het baptistenhoofdkwartier in de hoofdstad Freetown. Van daaruit verrichten ze nog altijd hun zendingswerk. Evangeliseren isonderdeel ervan. „We zijn geen mensen om ons gelooi met een megafoon te verkondigen", zegt Aisha.
"We willen het woord van God uitdragen door wat we doen, door onze maniervan leven. Door één op één te praten met mensen en ze uit te nodigen naar de kerk te komen." Zo heeft ze in Freetown onder meer een project voor weduwen opgezet. .Als vrouwen hier oud zijn en hun man hebben verloren, kijkt vaak niemand naar ze om. Sommigen hebben zelfs geen huis en slapen in een provisorisch onderkomen in de sloppenwijk. Ik zorg voor eten en ga bijvoorbeeld met ze naar het ziekenhuis als ze ziek zijn."
Hun eigen huwelijk bleef tot hun grote verdnet kinderloos, maar regelmatig vertrouwen anderen de zorg voor hun kinderen een tijdje aan Aisha en Hans toe. Momenteel hebben ze twee jongens van 4 en 8 jaar in huis. De ouders verblijven in het buitenland,waar de vader studeert. Omdat de scholen door de ebola-uitbraak zijn gesloten, krijgen de jongens bij het zendelingenechtpaar thuis les. De baptistenkerk moest, nadat eenaantal leden aan de gevolgen van ebola was overleden, een maand dicht ,maar is inmiddels weer open.
Toch kunnen de jongens er niet naar toe. Ze zijn te klein om te snappen dat ze vanwege de kans op ebola besmetting niemand mogen aanraken. Dat is moeilijk. „Maar", zegt Aisha, .de kerk is in ons hart. En we bellen vaak met de pastor en anderen uit de kerk.' En nu de kinderen toch niet naar school of de kerk kunnen, hebben ze ook mooi de tijd voor de ochtenddevotie, zoals Hans het noemt: de bijbel lezen en erover praten met de kinderen.
Praten over het geloof is sowieso belangrijk voor ons, omdat we uit verschillende culturen en religies komen", legt Hans uit „Zo dichten we de kloof tussen ons en versterken we de relatie." Terugkeren naar Nederland? Hans moet er niet aan denken. En ook Aisha heef t liever het warme bad van Afrika, dan in Nederland getolereerd te wórden. Afgelopen zomer waren ze bij de baptistengemeente in Arnhem, toen ebola om zich heen greep. SiërraLeone ging zelfs even helemaal opslot.
Hans: „Terwijl andere westerlingen bang waren dat ze het land daardoor niet zouden kunnen verlaten, checkten wij elke dag of we nog wel terug konden vliegen. "Als alles volgens plan verloopt, beginnen ze over ruim een jaar aan hun pensioen. In hun eigen huis in Lunxar, waar Aisha een tehuis voor 'haar' weduwen hoopt te realiseren. De bouw had al moeten beginnen, maar is uitgesteld vanwege de ebola. Hun spullen in Freetown zijn ondertussen gepakt, want hun opvolgers zouden al in september aankomen. Ook dat is uitgesteld vanwege de ebola. Opnieuw geeft het geloof hoop: "We blijven bidden dat die vreselijke ziekte ons land verlaat."